Haarlem,
08
mei
2019
|
11:21
Europe/Amsterdam

De mens centraal stellen vraagt om kritische professionals

‘De mens centraal’, wat betekent dat daadwerkelijk voor studeren en voor werken in de zorg-, sport- en welzijnssector? Je kunt er immers niet op tegen zijn. Is het vooral een nieuwe beleidskreet? Betekent het ‘ieder voor zich’? De opleidingen en lectoraten van Inholland werken vanuit een holistische mensvisie. Dat biedt een kader, maar blijkt ook behoorlijk veel interpretaties te hebben. De bundel ‘De mens centraal, geen probleem?’ gaat daarover.

Leestijd: +- 4 minuten

Donderdag 18 april belichtten onderzoekers, docenten, ervaringsdeskundigen, studenten en werkveldvertegenwoordigers tijdens de gelijknamige conferentie wat ‘de mens centraal stellen’ betekent in de praktijk en welke invloed dit heeft op hoe professionals hun werk doen. “Met als doel de praktijk, het beleid en het onderwijs te verbeteren,” licht (voormalig) lector Stimulering Gezonde Samenleving, samensteller en redacteur van de bundel Thomas Kampen toe.

Het is een drukte van jewelste in het Haarlemse Hodshon Huis, sinds 1841 de thuisbasis van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen (KHMW) die samen met Inholland deze bijeenkomst organiseert. Thomas Kampen geeft aan dat de betekenis van ‘de mens centraal’ te ontleden is in drie H’s: hoofdzaak, holisme en humane verhoudingen. Hoofdzaak gaat over de mens prioriteren boven regels en richtlijnen. “Beleid suggereert dat er meer mogelijk is en ontkent daarmee de bureaucratische realiteit”, aldus Kampen. Holisme heeft volgens hem twee betekenissen: de mens als geheel beschouwen en de mens in zijn context zien. De laatste H draait om het menselijker maken van hulpverleningsverhoudingen in zorg en welzijn. “De drie H’s geven aanleiding tot een kritische houding van professionals.”

Vraagtekens
Daar kan Heleen Jumelet, domeindirecteur Gezondheid, Sport en Welzijn van Inholland, zich in vinden. “Dit is de verdieping die we zoeken. Het geeft concrete en kritische aanknopingspunten voor de inhoud van het onderwijs, het handelen van professionals, de richting van ons onderzoek en draagt tevens kritisch bij aan beleidsontwikkelingen. Steeds weer nodigen we uit om kritisch te blijven, te blijven nadenken waarom je iets doet en vraagtekens te durven zetten. Dat hebben wij ook gedaan met het vraagteken in de titel van de bundel.”

Jumelet is trots op de bijdragen in de bundel. “Het is een verdieping van het uitgangspunt van alle opleidingen en lectoraten. Een holistische mensvisie: de mens als geheel en de mens in de context. Dat is essentieel voor al onze studenten en de professionals in de praktijk van zorg, sport en welzijn. Hun handelen, keuzes en wijze van samenwerken worden er immers door bepaald. En dat levert regelmatig dilemma’s op. Die kun je niet wegwuiven, dan gaat kwaliteit verloren en laat je mensen uiteindelijk in de steek of verleen je niet de meest optimale steun. Deze middag en de bundel nodigen uit om steeds met elkaar te zoeken naar steeds verdere uitwerking, verdieping en praktische toepasbaarheid.”

Echt en oprecht luisteren
Luisteren vormt de rode draad van de middag. “En bedenken wat de situatie voor de persoon - en soms ook diens omgeving - betekent. Pasklare oplossingen zijn vanwege de complexiteit vaak ongepast.” Als ervaringswerker bestrijdt Astrid Phillips armoede in Amsterdam. “Daarna kun je samen kijken wat deeloplossingen zijn, hoe zaken dragelijk worden. En doorvragen: wat is de context, wat heb je zelf al geprobeerd, wat is het grootste acute probleem? Dán stel je de mens centraal.” Dat heeft ook Wilma Klomp ervaren in de jaren die ze als cliënt in de psychiatrie doorbracht. “Ze hadden geen idee wat er in mij omging. Tot er een hulpverlener was die doorvroeg, voorbij de wanhoop keek en mij naast patiënt ook zag als moeder, als iemand die zelf ook zorgt en zorgen heeft. Als mens dus. Dat vormde de basis voor een écht gesprek, en de start van herstel.”

Dat het belangrijk is om je gehoord te voelen én dat iemand echt handelt, weet ook studente Annabelle de Wit. Met haar project 'Mijn personal coach aangepast sporten' streeft zij ernaar kinderen met een beperking actiever te laten zijn. “Als je bij een sportclub aankomt met een kind met ADHD en autisme, dan geven ze niet thuis.” In het getoonde filmpje staat de jongen die ze begeleidt op het voetbalveld. Hij straalt. Net als zijn moeder, die zich eindelijk gehoord en gesteund voelt. “Een sportcoach luistert, regelt, legt contacten en doet nazorg. Samen zoek je naar de oplossing, daarbij maak je gebruik van elkaars expertise. Praktijk, onderwijs en onderzoek moet een geheel zijn. Dan krijg je dingen voor elkaar”, aldus de Sportkundestudente.

Grenzen stellen en kritisch blijven
Overheersten bij de verhalen van de ervaringsdeskundigen reacties van ongeloof en herkenning, bij de stellingen na de pauze gaat het er steviger aan toe. Roel van Goor, associate lector Jeugd en Samenleving stelt dat jongeren beter moeten luisteren naar jeugdprofessionals. “De oplossing zit in iemand zelf. Als opvoeder moet je de veilige omgeving creëren om het gesprek te voeren”, pareert een aanwezige jeugdarts. Opvoeden is grenzen stellen, geeft Heleen Jumelet aan. “Als je dat niet meer doet – parallel trouwens met het onderwijs - bied je geen context, veiligheid en structuur aan. Dan laat je jongeren in de steek en bied je onvoldoende motivatie, ruimte en duidelijkheid om het leren te ondersteunen.”

Lector Medische Technologie Harmen Bijwaard en zijn associate Laurence Alpay verdedigen de stelling dat je in zorg en welzijn moet streven naar zoveel mogelijk zelfredzaamheid, én dat technologie daarin een rol moet spelen. Het ‘moeten’ valt niet goed bij collega-lector Robbert Gobbens (Gezondheid en Welzijn van Kwetsbare Ouderen). Hij geeft aan dat ouderen menselijk contact soms belangrijker vinden dan zelfredzaamheid. “Technologie is wat mij betreft geen moeten maar een middel.”

Als laatste zet Berno van Meijel, lector GGZ-Verpleegkunde, aan tot het creatief omgaan met regels omdat dat de enige manier is om als professional de mens centraal te zetten. “Regels kunnen belangrijk en behulpzaam zijn maar ze moeten niet domineren.” Een toeschouwer nuanceert de stelling: “Je moet niet creatief maar goed met regels omgaan. Al mogen wat mij betreft de overbodige regels geschrapt worden.”

Betekenisvolle discussie
De mens centraal, na een enerverende middag blijkt het begrip meer discussie op te roepen dan vooraf gedacht. “Dat is goed! Ik hoop nog vaak zulke betekenisvolle discussies te voeren”, aldus Heleen Jumelet. Dagvoorzitter Marije Deutekom, lector Kracht van Sport, nodigt de aanwezigen uit de dialoog voort te zetten en te concretiseren in onderzoeksprogramma’s en het onderwijs. “De volgende bijeenkomst zetten we praktijk- en onderzoeksvoorbeelden over ‘de mens centraal in diens context’ centraal. Zo zetten het expertisecentrum De Gezonde Samenleving, het werkveld, de wetenschap, ervaringsdeskundigen en onderwijs, samen steeds weer stappen verder.”

Reacties (0)
Het bericht is verzonden, deze zal worden geplaatst na goedkeuring.