11
mei
2021
|
11:57
Europe/Amsterdam

Transdisciplinaire samenwerking leidt tot creatieve, krachtige oplossingen

Docenten en lectoren over minor Samen werken aan de toekomstbestendige stad

Bollen

In de nieuwe transdisciplinaire minor Samen werken aan de toekomstbestendige stad gaan studenten van verschillende Inholland-opleidingen vanaf 1 september 2021 aan de slag met real life-projecten rond duurzame stedelijke vraagstukken. Wat maakt deze minor zo uniek, wat kunnen studenten eruit halen en wat is de motivatie vanuit het onderwijs? Vanuit onze verschillende onderwijsdomeinen geven docenten en lectoren hun visie.

Steden zijn vaak negatief in het nieuws als ongezonde leefomgevingen waar armoede, afval, en eenzaamheid hoogtij vieren. Tegelijkertijd zijn steden juist broedplaatsen voor nieuwe ontwikkelingen, waar veel initiatieven worden ontwikkeld om sociale cohesie en klimaatbestendigheid te bevorderen. Dit leidt tot vraagstukken over zaken als energietransitie energietransitie, sociale cohesie, klimaatverandering en duurzame verdienmodellen voor de circulaire economie.

MAATSCHAPPELIJKE RELEVANTIE

Transdisciplinaire en duurzame vraagstukken

Genoemde vraagstukken raken aan opleidingen van de Inholland-domeinen Business, Finance & Law, Gezondheid, Sport en Welzijn, Agri, Food & Life Sciences en Techniek, Ontwerpen & Informatica. Die complexe vraagstukken houden zich niet aan de grenzen tussen een financiële, een technische en een sociale opleiding. Door aan concrete maatschappelijke vraagstukken te werken met onderzoekers van verschillende opleidingen, met overheden en burgers, zijn studenten in staat om iets te doen dat hen niet zou lukken wanneer ze alleen samenwerken binnen de eigen opleiding. Of het nu gaat om studenten Verpleegkunde, Bouwkunde, Business Studies of Landscape & Environment Management.

Vandaar dan ook dat de onderwijsdomeinen gemotiveerd zijn om mee te doen met deze minor. Bovendien biedt de minor nog meer kansen om de banden tussen onderwijs en onderzoek te versterken.

Collectieve leertrajecten zijn nodig voor een duurzame ontwikkeling
De duurzaamheidstransitie, een van de grootste uitdagingen van de 21e eeuw, vraagt om nieuwe vormen van samenwerken, organiseren en besturen. Die vraag is ook relevant voor het onderwijs. “Hoe kunnen we op grotere schaal en sneller collectieve leertrajecten vormgeven voor duurzame ontwikkeling, waarin wordt deelgenomen door bedrijven, overheden en NGO's?” vat associate lector Han van Kleef (Innovatie & Ondernemen) de vraag samen die voor hem ten grondslag ligt aan de minor.

“Voor nieuwe vormen van samenwerken, organiseren en besturen zijn de inzet en creativiteit nodig van de mensen die in de wijk, stad en regio wonen en werken en van mensen die met stedelijke en regionale ontwikkeling bezig zijn”, zegt Patrick Huntjens, lector Sociale Innovaties in het Groene Domein bij het Domein Agri, Food & Life Sciences. “Daarbij is nieuwe samenwerking nodig tussen uiteenlopende partijen als waterschappen, gemeenten, bedrijven, coöperaties en burgers, maar ook samenwerking met wetenschappers vanuit verschillende disciplines.”

Gelijke kansen en inclusie
Transdisciplinaire samenwerking is ook noodzakelijk om uitdagingen rond gelijke kansen en inclusie aan te pakken. “We hebben verandering vanuit verschillende domeinen nodig om ervoor te zorgen dat de grote stad van de toekomst inclusief is en dat alle jongeren gelijke kansen krijgen op een goede ontwikkeling,” zegt lector Jeugd & Samenleving Femke Kaulingfreks van Domein Gezondheid, Sport & Welzijn. “Dan gaat het om goed onderwijs, brede opvoedondersteuning, armoedebestrijding en een gelijke toegang tot sociale en culturele voorzieningen. Ook is een toegankelijke infrastructuur nodig en een duurzame werkgelegenheid zonder flexcontracten. Samen met een veiligheidsgevoel voor iedereen en een gezonde en duurzame leefomgeving moet dit allemaal met elkaar samenhangen. Dit alles voor de jeugd om in een kansrijke stad te kunnen opgroeien.”

De financiële kant van het verhaal
Toekomstbestendig houdt óók in dat geldstromen op orde zijn, dat de regels toekomstbestendig zijn en dat organisaties en activiteiten van organisaties (profit en non-profit) toekomstbestendig zijn, zegt Marleen Bartelts-Schilt, docent van het opleidingscluster Finance en onderzoeker bij de Inholland-onderzoekslijn Finance & Accountancy. Han van Kleef, associate lector Innovatie & Ondernemen, voegt daaraan toe. “Het gaat om vraagstukken als hoe we erin slagen om de oriëntatie binnen productieketens te verbreden, zodat ook sociaal-maatschappelijke en ecologische vraagstukken een plaats vinden in strategieën en 
uitvoering.”

MINOR BRENGT ONDERWIJS EN ONDERZOEK DICHTER BIJ ELKAAR

Samenwerking leidt tot creatieve, krachtige oplossingen
Het geluid uit de domeinen is eenduidig: samenwerking tussen verschillende opleidingen leidt tot creatieve, krachtige oplossingen. Hetzelfde geldt voor nauwe samenwerking tussen onderzoek en onderwijs. De minor biedt hier een unieke kans, mede met het oog op de profilerende Inholland-thema’s duurzaam, gezond en creatief. Door kennis, onderzoeksmethoden en onderwijs vanuit elkaars disciplines te bekijken, kunnen domeinen van elkaar leren en elkaar versterken en samen nieuwe oplossingen bedenken voor vraagstukken die horen bij de toekomstbestendige stad. Dit geldt voor studenten, docenten, onderzoekers én lectoren.

'Dit zorgt voor een stroomversnelling in de kennisvalorisatie'
Op dit moment is er nog een scheiding tussen de twee werelden van onderwijs en onderzoek,” zegt Nick Pruijn, docent natuur en landschap bij de opleiding Landscape & Environment Management. “Door deze minor hebben de lectoren toegang tot onderzoekscapaciteit in de vorm van multidisciplinaire studentgroepen, en hebben studenten en docenten toegang tot de kennis van deze onderzoekslijnen. Dit gaat voor een stroomversnelling zorgen in de kennisontsluiting en -valorisatie binnen de organisatie.”

Vanuit hun eigen perspectief zijn veel domeinen al bezig met de transitie naar een circulaire economie. De minor brengt de perspectieven samen en zorgen voor nieuwe. “Complexe vraagstukken vragen om een multidisciplinaire of zelfs transdisciplinaire benadering,” zegt Guido Walraven, lector Dynamiek van de Stad van het Domein GSW. “Daarbij leer ik van de invalshoeken en ideeën van mensen uit andere domeinen, en daarbij komen we samen verder dan ieder alleen. Uitwisselingen kunnen ertoe leiden dat je beter weet wat andere onderzoekslijnen doen en misschien ook sneller gaat samenwerken en elkaar kan versterken.”

content 3

WAT BETEKENT DIT VOOR STUDENTEN?

Dat klinkt allemaal heel mooi, maar wat betekent dat concreet voor studenten? Waarom zouden zij als aankomende Inholland-professional voor deze brede minor kiezen, in plaats van voor verdieping op hun eigen vakgebied? 

Onmisbare skills voor een transdisciplinair werkveld
Studenten gaan na hun studie, ongeacht of ze Communicatie, Accountancy, of Social Work gestudeerd hebben, als Inholland-professional samenwerken met mensen met een andere achtergrond. Die denken anders, werken anders en vinden andere dingen belangrijk. “Door intensief samen te werken kunnen complexe en weerbarstige problemen worden opgelost,” licht Guido Stompff, lector Design Thinking toe. “In deze minor werken studenten aan uitdagende stedelijke opgaven en leren ze hoe ze samen met studenten van hele andere opleidingen tot wereldverbeterende ideeën kunnen komen die ze nooit alleen hadden kunnen bedenken.” De minor leert studenten dus skills die onmisbaar zijn voor een carrière in een werkveld waarin transdisciplinaire samenwerking de norm is.

“De uitdagingen van de toekomstbestendige stad zijn domeinoverstijgend, dus moeten toekomstige professionals ook domeinoverstijgend over oplossingen leren nadenken,” zegt lector Femke Kaulingfreks (Jeugd en Samenleving). “Je krijgt een bredere kijk op vraagstukken en leert andere methodieken te gebruiken, uit je comfortzone te stappen en uitdagingen aan te gaan,” voegt Carin de Boer, docent bij de opleiding Verpleegkunde, toe. “Die uitdaging kan bijvoorbeeld zijn dat je op zoek gaat naar manieren om iedereen zich thuis te laten voelen in een achterstandswijk. Hoe zorg je voor leefbaarheid door verbinding te zoeken, veiligheid te bieden en gezamenlijke activiteiten te initiëren?” 

Tot slot leert het je ook iets over jezelf en welke rol je kan vervullen in een team. “Dat is ook weer goed te gebruiken als je straks de arbeidsmarkt op gaat,” legt Docent Bouwkunde Miriam Uitterhoeve uit. “En zorgt het voor een nieuw netwerk, leer je andere studenten, docenten en onderzoekers kennen!” 

Wat vraagt deze minor van jou? 
De minor Samen werken aan de toekomstbestendige stad vraagt een open mind en een goede dosis nieuwsgierigheid van je. Je leert nieuwe samenwerkingsmethodieken waar het toekomstige werkveld, met het oog op de grote maatschappelijke transities, om zit te springen.

Enthousiast geworden?
Studenten die volgend jaar het vierde of d
erde jaar volgen en met flexibele ruimte in hun curriculum hebben kunnen zich inschrijven via de Sway.