Delft,
17
april
2024
|
09:21
Europe/Amsterdam

Transitie in landelijk gebied: samen op weg naar een natuurinclusieve toekomst

Inholland-studenten bundelen krachten in multidisciplinair project

1707812031174

De tweedejaarsstudenten van de opleidingen Landscape and Environment Management en Dier in de Duurzame Samenleving van Hogeschool Inholland Delft werkten gedurende tien weken samen aan het ontwerpen van een agrarisch natuurgebied in Rhoon. Het doel was om een advies te formuleren gericht op het bevorderen van natuurinclusieve bedrijfsvoering, waardoor natuur, recreatie en landbouw harmonieus naast elkaar kunnen bestaan. Een mooi voorbeeld van hoe verschillende disciplines samenwerken aan concrete vraagstuk uit de praktijk.


Natuurinclusieve maatregelen
Hoe kunnen we onder de druk van stedelijke groei ruimte blijven bieden aan zowel natuur als voedselproductie en landbouw? Dat is het vraagstuk van het tweedejaars vak Transitie in Landelijk Gebied, dat samenwordt gevolgd door studenten Landscape and Environment Management (LEM) als Dier in een Duurzame Samenleving (DDS). I Inholland-docent Maurice Herkrath legt uit: "Met alle actuele problemen zoals stikstof, waterkwaliteit en te veel mest, kijken we vooral naar natuurvriendelijke (natuurinclusieve) oplossingen en nieuwe manieren voor boeren om geld te verdienen. Dan denken we aan meer dan alleen traditionele landbouw." Maar hoe bereik je dat? Om dit te onderzoeken kregen studenten een uitdagende opdracht: een plan bedenken voor de polders rond Rhoon, in samenwerking met de gebiedscoöperatie Buijtenland van Rhoon. Ze checkten alle bestaande regels en kaders voor het gebied en kwamen met originele en vooral spannende ideeën om de visie van de opdrachtgever aan te vullen

Elkaar aanvullen
In totaal werkten 42 studenten, verdeeld in zes groepen van zowel LEM- als DDS-studenten, gedurende tien weken aan ideeën voor de inrichting van verschillende polders in Rhoon. DDS-student Fenne legt uit: “We begonnen met een inventarisatie: welke grond bevat onze polder? Welke regels gelden er? Welk type ondernemer zit hier? En waar heeft de moderne recreant behoefte aan?” Het resulteerde in frisse ideeën voor een pluktuin met inheemse bloemen en fruit, en creatieve middagen waarbij de wilgentakken van de talloze wilgenbomen die er staan worden gebruikt – denk aan mandenvlechten en vogelhuisjes maken. “We hebben een mooi visueel eindproduct en zelfs een brochure gemaakt”, zegt Fenne trots. 

De samenwerking was in het begin wat onwennig, maar al snel werd het vooral leuk én leerzaam. “Veel onderdelen, zoals bodemonderzoek, waren nieuw voor ons. Wij weten veel van dier en bedrijfsvoering, zij van het ecologische aspect. Zo vul je elkaar goed aan.” Dat hun eindvoorstel zich meer op planten dan op dieren richt, vindt Fenne geen probleem. “Zolang het maar bij het gebied en de opdracht past, want daar gaat het uiteindelijk om.”

“Superleuk om vanuit verschillende invalshoeken aan een project te werken. Als je meerdere partijen betrekt kun je met z’n allen tot geweldige oplossingen komen, waar de praktijk veel aan heeft. Dit bracht heel veel creativiteit in ideeën.”

Student Dier in de Duurzame Samenleving Fenne & student Landscape and Environment Management Mees

Blik op de toekomst
LEM-student Mees bracht zijn bodeminventarisatie-expertise in: “We hebben goed gekeken naar de diverse lagen van de bodem en ondergrond, en kansen en knelpunten tegen elkaar afgezet in een SWOT-analyse. Dat geeft een goed beeld van wat je wel en niet kunt doen met het gebied. Daarna hebben we tijdens een brainstorm opgehaald wat we vanuit beide opleidingen willen.” Samen bedachten ze een kinderspeelplaats met nepfossielen onder het zand, educatieve bordjes met QR-codes verspreid over het landschap, een vogelkijkmuur, een pluktuin, en een trendy blotevoetenpad “om de connectie tussen mens en natuur te versterken.”

 Het multidisciplinaire aspect van het project beviel Mees hartstikke goed. “Ik hou ervan om vanuit verschillende inzichten tot een goedlopend project te komen, met oplossingen waar iedereen achter staat. Hoe meer partijen, hoe leuker! Zelf heb ik veel geleerd van ‘hun’ SBMC-methode, die veel duidelijkheid gaf over welke partijen profijt hebben van bepaalde acties. Op hun beurt kregen zij van ons kennis mee over planten en bodemonderzoek. Dit was een waardevolle blik in de toekomst, waarin we immers nog veel vaker zullen samenwerken.”

Ter inspiratie
Docent Maurice benadrukt dat de ideeën door de opdrachtgever zeker ter inspiratie worden meegenomen. “Maar deze opdracht diende eigenlijk twee doelen. Allereerst was men op zoek naar de innovatieve out-of-the-box-ideeën van deze studenten. Daarnaast ging het om het delen van belangrijke kennis mét de studenten. Dit project is uniek in Nederland en dient als model voor toekomstige inrichtingen. Met de opgedane kennis zijn deze studenten nu in staat om uitstekende plannen te ontwikkelen, of ze nu werken binnen Staasbosbeheer, de veehouderij of de landbouw. Uiteindelijk zullen ze elkaar allemaal moeten weten te vinden om met elkaar een veelbelovende visie voor het landschap te kunnen creëren."