Haarlem,
12
oktober
2018
|
13:57
Europe/Amsterdam

Werkplekken met een WOW-factor

Blog: Petra Biemans, lector Mens & Organisatie

Al enkele jaren doen we vanuit de onderzoekslijn Mens & Organisatie onderzoek naar de verandering van werk. Daar horen werkplekken bij en dat zijn, zo blijkt, geen saaie kantoortafels meer met een vaste computer en een stapel bakjes erop.

Surfend op internet zie ik schommels, glijbanen, biljarttafels, cafés en boomhutten voorbijkomen. Je kunt vergaderen in huiskamers, oerwouden, spaceshuttles en keukens. Veel hout, planten en ‘mindfull’ concepten komen voorbij. Bedrijven als Google, YouTube, Booking.com, Facebook en AirbnB scoren hoog als het gaat om creatieve werkplekken waar, naast werken, van alles te beleven is. Kortom: fantastische plaatsen om te vertoeven met absoluut een hoge ‘WOW-factor’. Wie wil dat nu niet?

Waarom een WOW-werkplek?
Als onderzoeker vraag ik me af waarom een bedrijf investeert in die fantastisch uitziende werkplek: is het iets waar werknemers behoefte aan hebben, leveren mensen betere prestaties in een dergelijke omgeving en worden ze innovatiever? De bedenkers en makers weten het zeker: het kantoor is niet alleen een plek waar werknemers hun werk doen, maar moet inspireren, je moet als werknemer, klant of bezoeker de omgeving kunnen ‘beleven’. Een werkplek die stimuleert om tot innoveren en tot betere prestaties te komen. Daarnaast is ook de uitstraling belangrijk, want dat kan bijdragen aan het imago van het bedrijf.

Werkt een WOW-werkplek eigenlijk?
Natuurlijk ziet het er allemaal geweldig uit, maar leidt het ook tot betere prestaties? Zeker weten doe ik het niet, dus ben ik op onderzoek gegaan. Wat blijkt? Veel bewijs is er niet en de onderzoeken die er liggen dateren van een jaartje of wat geleden. Onderzoeken uit 2005 (De Croon e.a.) en 2008 (Batenburg e.a.) leveren geen hard bewijs; noch voor positieve, noch voor negatieve effecten. Kantoorconcepten hebben geen duidelijke invloed op zaken als welbevinden, autonomie en persoonlijke relaties. En evenmin op productiviteit en communicatie.

Er is meer. Acht jaar geleden was ‘Het Nieuwe Werken’ een hot-topic in organisatieland. Voor wie dat niet (meer) weet: HNW staat voor kantoortuinen, deels thuis werken en flexibele werkplekken. Alles ondersteund door technologie. WOW en HNW gaan dus goed samen. Sterker: WOW werkplekken kúnnen alleen maar in een omgeving waar HNW plaats vindt. Wat zegt het onderzoek uit die tijd? In het artikel Het nieuwe werken ontrafeld wordt dit beschreven. Organisaties waren destijds zeer geïnteresseerd en hadden hoge verwachtingen van HNW: uit efficiency-overwegingen, omdat het scheelt in de kosten van gebouwen en op reiskosten. Maar het levert volgens hen ook voor de medewerkers het nodige op: filemijden, vermindering van de reistijd, flexibelere werktijden, een betere werk-privébalans, meer innovatie en samenwerking, verhoging van de klanttevredenheid en meer betrokkenheid en tevredenheid van werknemers.

De praktijk blijkt echter weerbarstig: niet iedereen lukt het om in een kantoortuin of thuis veel werk te verzetten. Ze missen de rust en de structuur van vaste tijden en een eigen plek. Ook managers moeten wennen: mensen die ergens in een gebouw aan de slag zijn of misschien wel thuis, dat vergt een andere aansturing.

Wat levert het concreet op?
Als opbrengsten noemen de bedrijven vooral de praktische zaken: minder kosten en minder reiskilometers. Ook imagoverbetering en profilering worden genoemd. Maar meer innovatie en betere samenwerking? Daar zijn geen aanwijzingen voor. Jammer dus. Maar waarom dan toch WOW-werkplek?

Ik kan me er wel wat bij voorstellen: nu de arbeidsmarkt weer krap is en nog krapper wordt, moet je als werkgever erg je best doen om geschikte mensen aan te trekken, zeker als het gaat om jonge hoogopgeleide mensen gaat. Een ‘gewone’ werkplek voldoet dan natuurlijk niet en uitstraling speelt een belangrijk rol.

Eigen onderzoek naar WOW
Omdat ik geen praktijkonderzoek kon vinden, heb ik een en ander, geheel aselect, zelf getoetst in de praktijk. Eerst bij mijn dochter van bijna 15 (VWO-4 Technasium). Ze heeft er een nuchtere kijk op. Het hoeft van haar geen grijs hokje te zijn, maar ook geen speelparadijs, “want het moet praktisch zijn en je moet er rustig, zonder teveel afleiding, kunnen werken.” Die glijbanen en schommels vindt ze maar kinderachtig overigens.

Vervolgens mijn zoon van 17, die net is begonnen aan een creatieve opleiding (mbo-4 Webdesign). Voor hem hoeft het evenmin. Zo saai als vroeger moet het beslist niet, het mag best fleurig zijn maar niet al te gek. Ook voor hem geldt: je moet er vooral goed kunnen werken. Rustig én samen met anderen. “Je weet toch dat de jongeren van nu er conservatiever tegen aankijken dan de millenials!?” voegt hij er nog even aan toe.

Mijn kinderen vinden het gezocht en gewoon een truc van de bedrijven om zichzelf beter neer te zetten. Naar je werk ga je om te werken en niet om te biljarten of te schommelen, dat is hun boodschap. En ‘belevenissen’? Die verzamel je overal en dat hoeft niet per se op de werkplek te zijn. Gelukkig maar dat de meeste bedrijven het niet té gek maken, dat de Googles en Facebooks van deze wereld uitzondering en geen regel zijn. Een beetje WOW is genoeg. Als oudere werknemer kan ik gerust zijn.

Reacties (0)
Het bericht is verzonden, deze zal worden geplaatst na goedkeuring.