Rotterdam,
14
april
2022
|
14:26
Europe/Amsterdam

Meer oog voor mensen met licht verstandelijke beperking in Rotterdam Zuid

Studenten en onderzoekers monitoren en evalueren nieuwe werkwijze

lvb

Naar schatting heeft 1 op de 17 Nederlanders een licht verstandelijke beperking (lvb). Voor hen is het lastig om in de complexer wordende maatschappij mee te komen. Bovendien komen ze vaker (opnieuw) in aanraking met politie en justitie. Om dit patroon te doorbreken, slaan organisaties in Rotterdam Zuid de handen ineen om mensen met lvb eerder te herkennen en gepast te bejegenen. Ze riepen daarbij de hulp in van onderzoekers en studenten van Hogeschool Inholland. 

“De lvb-pilot is voortgekomen uit het Nationaal Programma Rotterdam Zuid”, vertelt officier van justitie Loes van der Wees. “Doel van het programma is om de zestien meest kwetsbare wijken van Nederland nieuw perspectief te geven. Ook partners in de justitiële keten kunnen bijdragen aan verbetering van het leven van mensen in deze wijken. Namelijk door te helpen voorkomen dat mensen met politie en justitie te maken krijgen en recidiveren. Dit speelt vooral bij mensen met lvb. Zij zijn oververtegenwoordigd in de strafrechtketen, als dader en als slachtoffer.” 
 

Mensen met lvb zijn oververtegenwoordigd in de strafrechtketen, als dader en als slachtoffer.

Loes van der Wees, officier van justitie Openbaar Ministerie Rotterdam

Aangepaste benadering 
Mensen met lvb zijn gebaat bij een aangepaste benadering. Denk aan een rechtszitting in eenvoudigere taal, een advocaat die wat meer uitleg geeft en taakstraffen in de eigen wijk om ingewikkelde reizen te voorkomen. “Maar het probleem is, dat je aan de buitenkant niet kan zien of iemand lvb heeft”, zegt Loes. “Daarom is het belangrijk dat alle organisaties en professionals in de keten mogelijke signalen van lvb herkennen. Niet alleen als mensen met lvb in aanraking komen met politie en justitie, maar ook bij hulpvragen in het sociaal domein.”

Inholland gevraagd 
Zo zette organisaties in Rotterdam Zuid de pilot op om mensen met lvb zowel in de strafketen als in het sociale domein zo vroeg mogelijk te signaleren om ze zo op een gepaste manier te benaderen. Loes sprak hierover met Ineke van den Berg, emeritus lector Toegankelijkheid van het Recht. Kon Inholland niet met onderzoek aansluiten? “Inholland zit op Zuid en heeft studenten die uit de wijken komen”, zegt Loes. “Het is een grote meerwaarde als zij onderzoek naar onze werkwijze verrichten, omdat ze weten waar het over gaat.” 
 

Opmerkelijk is dat het sociale en juridische domein elkaar hebben weten te bereiken en met elkaar dit hebben ontwikkeld.

Ineke van den Berg, lector Toegankelijkheid van het Recht

Studenten meteen betrokken 
Ineke en mede-onderzoeker Jossian Zoutendijk pakten het vraagstuk op. “Het bottom-up-initiatief van professionals en hun brede betrokkenheid maakt dit onderzoeksproject uniek”, zegt Ineke. “Opmerkelijk is dat het sociale en juridische domein elkaar hebben weten te bereiken en met elkaar dit hebben ontwikkeld. Wij hebben er meteen studenten Sociaal Juridische Dienstverlening bijgehaald. Ze deden mee aan trainingen en sessies voor deskundigheidsbevordering, waarin experts en mensen met lvb kwamen uitleggen waar zij in de praktijk tegenaanlopen. Indrukwekkend was ook een sessie waarbij deelnemers met een virtual reality-bril door de ogen van iemand met lvb kon kijken.” 

Studenten namen diepte-interviews af bij professionals en deden heel praktische aanbevelingen.

Jossian Zoutendijk, onderzoeker Toegankelijkheid van het Recht

Onderzoek en aanbevelingen 
De pilot zorgde voor bewustwording bij professionals om lvb te herkennen en er gepast mee om te gaan. Ook weten de professionals en organisaties elkaar hierin beter te vinden. Er kwamen werkinstructies om gezamenlijk mensen met lvb beter te begeleiden, waarbij onder meer een screeningsinstrument wordt ingezet. “Drie studenten hebben we laten onderzoeken hoe die werkinstructies in de praktijk worden gebracht”, zegt Jossian. “Ze namen diepte-interviews af bij professionals en deden heel praktische aanbevelingen. Bijvoorbeeld om een nieuwe kick-off te organiseren voor de vele nieuwe professionals die inmiddels bij de organisaties aan het werk zijn. Maar ook om de werkinstructie visueler en daarmee praktischer te maken.” Het onderzoek van de studenten leverde bovendien gegevens op die Jossian en Ineke konden gebruiken voor hun evaluatierapport van de lvb-pilot.

Niemand is hetzelfde, dus kun je mensen ook niet op dezelfde manier benaderen.

Anjana Koendan-Pandaij, participatiemakelaar bij DOCK

Laagdrempelig stroomschema 
Een van de betrokken studenten is Marwa Kabtani. “Op zoek naar een afstudeeropdracht kwam ik deze pilot tegen en ik vond het meteen interessant. Onze maatschappij draait om zelfredzaamheid. Mensen met lvb zijn kwetsbaar en hebben daar ondersteuning bij nodig.” Marwa ging in gesprek met professionals van het wijkteam en welzijnsorganisaties DOCK en Thuis Op Straat. Van haar kwam het idee om van de werkinstructie een laagdrempeliger stroomschema te maken. “Daarnaast kwam ik onder meer met de aanbeveling om de advocatuur meer in de samenwerking te betrekken en om meer te doen aan deskundigheidsbevordering.” 

Gesloten keten 
Anjana Koendan-Pandaij is participatiemakelaar bij DOCK. “Sinds de pilot hebben we onze werkwijze aangepast en zetten we voor het coachen van jongeren altijd het screeningsinstrument in. Goed is ook dat de keten in het sociale domein nu is gesloten: er zijn korte lijntjes tussen de organisaties en we komen geregeld bijeen. Maar we moeten wel blijven trainen om onze kennis over lvb op peil te houden.” En die kennis is volgens Anjana ook belangrijk voor toekomstige professionals. “Voor alle mensen is er een andere aanpak nodig, bij mensen met lvb is het nog belangrijker om te weten wat de kenmerken zijn, zodat wij zo goed mogelijk begrip kunnen creëren en een werkwijze kunnen hanteren. Spreek ze aan in alledaagse taal, vraag of ze je uitleg hebben begrepen. Niemand is hetzelfde, dus kun je mensen ook niet op dezelfde manier benaderen.” 

Juist wij kunnen later als professional heel veel voor mensen met lvb betekenen.

Marwa Kabtani, alumnus Sociaal Juridische Dienstverlening

Bewustwording 
Inmiddels is Marwa afgestudeerd en werkt ze als procesbegeleider WIA voor het UWV. “Het was leuk om voor mijn afstudeeropdracht op professionals af te stappen en hun ervaringen te noteren. En de omgang met mensen met lvb vind ik ook heel belangrijk. Het moet echt een onderdeel zijn in de opleiding van studenten Sociaal Juridische Dienstverlening. Want juist wij kunnen later als professional heel veel voor hen betekenen.” Loes is het daarmee eens. “Naast het inslijten van een nieuwe werkwijze en elkaar als professionals en organisaties gemakkelijker kunnen vinden, gaat het om bewustwording bij alle professionals. We moeten ons in Nederland niet alleen richten op mensen met een IQ van 100 en meer.” 

Reacties (0)
Het bericht is verzonden, deze zal worden geplaatst na goedkeuring.