Rotterdam,
27
februari
2019
|
08:04
Europe/Amsterdam

Huis van de Wijk: samen aan het stuur

Huis van de Wijk

In maart starten lector Guido Walraven (Dynamiek van de Stad) en kenniskringleden David ter Avest en Judith Logger met een RAAK-onderzoek naar Huizen van de Wijk. Samen met de Hogeschool van Amsterdam en de Haagse Hogeschool brengen ze acht Huizen van de Wijk in kaart. “De betrokken partijen - professionals en vrijwilligers - willen hetzelfde maar in de praktijk blijkt dat ze een andere taal spreken en dat botst. Met dit onderzoek willen we de samenwerking verbeteren en een handreiking schrijven zodat nieuwe Huizen van de Wijk de samensturing verder kunnen ontwikkelen.”

Even terug naar de basis: wat is dat nou precies, een Huis van de Wijk? “Dat is zeg maar een buurthuis nieuwe stijl”, legt Walraven uit. “Vroeger kwamen omwonenden in een buurthuis bij elkaar voor een potje klaverjassen, een taalcursus of een praatje. Tot de gemeenten de buurthuizen wegbezuinigden. Al snel kwamen ze erachter dat buurthuizen wel degelijk een sociale functie hebben. Dat inzicht heeft geleid tot een nieuw initiatief: Huis van de Wijk.” Waar de gemeente vroeger de welzijnsinstelling geld gaf om dingen te organiseren, ligt het initiatief bij een Huis van de Wijk nu vaker bij bewoners. Zij hebben een sleutelrol en krijgen veel vrijheid om initiatieven te nemen. Aan de andere kant willen officiële organisaties ook van alles en stellen eisen. “Dat vraagt om een andere manier van organiseren. Eentje waarin formeel en informeel goed op elkaar aansluiten. De bottom line is dat professionals en vrijwilligers er samen uit moeten komen. Samensturing noemen we dat.”

Samensturing
Het onderzoek wordt uitgevoerd door drie hogescholen: Hogeschool van Amsterdam, De Haagse Hogeschool en Inholland. Elk onderzoeken ze een aantal Huizen van de Wijk in hun ‘eigen’ stad: Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. In totaal worden acht Huizen van de Wijk onderzocht. Allemaal in wijken met een eigen problematiek en wensen vanuit de omwonenden. “Kijk alleen maar naar de twee Rotterdamse wijken waar wij ons vanuit Inholland op richten. Overschie staat bekend als een wijk met veel bewonersactiviteiten. Daar speelt de vraag of professionals wel begrijpen wat er in de buurt speelt. En Katendrecht, een wijk die lang verwaarloosd is geweest, wordt momenteel overspoeld door yuppen. De wijk verandert snel. Welke problemen, kansen en mogelijkheden brengt dit met zich mee en wat betekent dit voor het Huis van de Wijk?”

Vergelijking en verbetering
De opzet laat vergelijkingen toe en is gericht op verbetering. “Na de inventarisatiefase kijken we wat er per Huis van de Wijk kan gebeuren om de samenwerking direct al te verbeteren. Dat is toch het doel, dat de verschillende partijen elkaar beter begrijpen.” De onderzoekers maken gebruik van kwalitatief onderzoek zoals observatie, participatie en interviews. “Zo betrek je de mensen erbij en dat is ook goed voor de binding. Als onderzoeker kom je bij ze over de vloer maar het moet natuurlijk wel iets van de wijk zijn en blijven. Daarom duurt het onderzoek ook wat langer, echte verbinding heb je niet in een paar korte klappen voor elkaar, dat kost tijd”, aldus Ter Avest.

Inspiratie
Uiteindelijk worden alle bevindingen geanalyseerd, met elkaar vergeleken en gebundeld. Welke conclusies kunnen de lectoren en onderzoekers trekken, wat kunnen de drie steden van elkaar leren? Ter Avest besluit: “Bij het onderzoek sluiten we aan bij wat er leeft in de buurt, al laat eerder onderzoek vanuit het lectoraat zien dat veel Huizen van de Wijk tegen dezelfde samenwerkingsproblemen aanlopen. Het uiteindelijke doel is om een handreiking te schrijven hoe je een Huis van de Wijk het beste kunt organiseren. Wat zijn de werkzame elementen die je overal terugziet? Zo hoeven initiatiefnemers van een nieuw Huis van de Wijk niet opnieuw het wiel uit te vinden. Het geeft inspiratie en ze kunnen die elementen eruit halen die bij hun specifieke wijk passen.”

Dynamiek in de Wijk
Het onderzoek past heel goed bij het lectoraat Dynamiek van de Stad, waarin onderzoek wordt gedaan naar de aanpak van maatschappelijke vraagstukken in stad en wijk. “Dat we ook naar de buurtomgeving kijken is kenmerkend voor al onze onderzoeksprojecten”, haast Walraven zich te zeggen. “De nieuwsbrief ‘Werken aan een inclusieve stad’, die we begin dit jaar aan onze relaties hebben gestuurd, geeft een mooi overzicht van onze activiteiten. Daarin zie je het ook terug.”

Het onderzoek naar de Huizen van de Wijk, een RAAK-onderzoek, start op 18 maart. Naar verwachting presenteren de betrokkenen eind 2022 hun conclusies tijdens een slotconferentie, georganiseerd door het landelijk lectoratenplatform Stad en Wijk.

Reacties (0)
Het bericht is verzonden, deze zal worden geplaatst na goedkeuring.