Amsterdam,
29
januari
2020
|
08:13
Europe/Amsterdam

Nieuw Europees programma van start

Hoe krijg je jongeren met een beperking aan het sporten?

Jongeren met een beperking sporten minder dan hun leeftijdsgenoten. Om daar iets aan te doen ging op 15 januari een driejarig Europees onderzoeksprogramma van start: SEDY 2. Onderzoekers van Kracht van Sport en studenten Sportkunde van Hogeschool Inholland werken samen met projectpartners aan methoden om kinderen, ouders, gemeenten en andere betrokkenen letterlijk in beweging te zetten.

Sporten bevordert de gezondheid en het sociaal contact. Je voelt je lekker en doet mee, wat goed is voor je zelfbeeld en zelfvertrouwen. Het zijn zaken waar jongeren met een beperking extra veel aan hebben. Toch doen relatief weinig van hen aan sport. Dat is in Nederland zo en in de rest van de Europa. Vandaar dat Inholland met subsidie van het Erasmus+ Sport programma het project Sport Empowers Disabled Youth (SEDY) heeft opgezet.

Inholland als penvoerder
“Van 2015 tot en met 2017 liep dit programma al”, zegt projectleider Afke Kerkstra, onderzoeker Kracht van Sport van Inholland. “We kwamen er na afloop achter dat er nog meer nodig was voor inclusie in sport. Daarom schreven we ons samen met hogescholen en sportorganisaties uit Finland, Litouwen en Portugal opnieuw in. Nu gaan we weer drie jaar verder met waar we gebleven zijn. Inholland is penvoerder van dit SEDY 2-project.”

Studenten als personal coach
Het voorgaande project leverde twee belangrijke interventies op. “Met de Focus on Me-methode laten we de stem van de jongeren horen”, zegt Kerkstra. “Waar hebben zij behoefte aan en hoe kan sportaanbod daarop aansluiten? Daarnaast hebben we studenten Sportkunde als personal coaches ingezet om kinderen ook echt te laten sporten. De kinderen en hun ouders ervaren barrières om die stap te zetten. Met hun enthousiasme kunnen de studenten dat doorbreken en op zoek gaan naar passend aanbod.” In het SEDY 2-project richten de onderzoekers zich op wat inclusie in sport nu precies is. Ze ontwikkelen, testen en delen nieuwe methoden en meten de impact daarvan.

Afke Kerkstra, projectleider SEDY
Waar hebben jongeren behoefte aan en hoe kan sportaanbod daarop aansluiten? De kinderen en hun ouders ervaren barrières om echt te gaan sporten. Studenten Sportkunde zijn als personal coaches ingezet om dat te doorbreken met hun enthousiasme en op zoek gaan naar passend aanbod.
Afke Kerkstra, projectleider SEDY

Combinatie onderzoek en onderwijs
Kerkstra merkt dat er een mooie wisselwerking ontstaat tussen onderzoek en onderwijs. “Met SEDY bieden we vierdejaarsstudenten een mooi project voor hun uitstroomprofiel. Ook tweedejaarsstudenten sluiten aan met een korte stage. Tegelijkertijd kunnen we hun verslagen goed gebruiken voor onze onderzoeksdoelstellingen om de interventies nog verder te verbeteren.”

'Getraind als gespreksleider'
Een van de deelnemende studenten is Geert-Jan Borst, vierdejaars student Sportkunde bij Hogeschool Inholland Haarlem. “Ik begeleidde in het vorige SEDY-project een jongen van 15 met een taalontwikkelingsstoornis. Samen met hem ging ik na wat sport voor hem zou kunnen betekenen en vervolgens inventariseerde ik het sportaanbod. Voor SEDY 2 heb ik een training gevolgd om als gespreksleider te kunnen optreden voor focusgroepen. Daarin komen jongeren, ouders en andere betrokkenen samen om met elkaar over verschillende problemen rond sport en kinderen met een beperking te discussiëren.” Of Geert-Jan na zijn afstuderen doorgaat op dit onderwerp weet hij nog niet. “Mijn wens is om in de revalidatie te werken. Maar wat ik bij de begeleiding van jongeren en als gespreksleider leer, is zeker mooi meegenomen voor mijn latere carrière.”

“Mijn wens is om in de revalidatie te werken. Maar wat ik bij de begeleiding van jongeren en als gespreksleider leer, is zeker mooi meegenomen voor mijn latere carrière.”
Geert-Jan Borst, vierdejaarsstudent Sportkunde

'In Portugal werken we aan bewustwording'
Hetzelfde enthousiasme is te vinden bij de projectpartners uit andere landen, zoals bij onderzoeker Nuno Pimenta van een school voor sport en wetenschap in het Portugese Rio Maior. “Met SEDY 2 is het de bedoeling dat we meer kijken naar wat elk land het beste kan gebruiken. In Portugal zullen we ons vooral richten op bewustwording: te weinig mensen zien nog het belang van inclusie in sport.”

'Verschillende landen steunen elkaar'
“In Finland is de situatie vergelijkbaar met die van Nederland”, zegt Aija Saari onderzoeker bij het Finse paralympische comité. “We hebben bijvoorbeeld ook gewerkt met de personal coaches. Tot onze verrassing wisten we daarmee ruim 400 kinderen te bereiken, veel meer dan we begroot hadden. Onze collega’s in Nederland moedigden ons aan om hier wel voor te gaan. Dat is zo fijn aan dit project: je steunt elkaar vanuit verschillende landen. En de resultaten die wij ophalen uit de praktijk kunnen we doorgeven aan andere landen en vice versa.”

Reacties (0)
Het bericht is verzonden, deze zal worden geplaatst na goedkeuring.